vrijdag, mei 26, 2006

Vuile wijven ! Vuile democraten ! Vuile hetero's - Een leerling van Marcuse als grootinquisiteur.

In Laatste Nieuws van 19 mei zegt grootinquisiteur Jozef de Witte (voor de buitenlanders die de Belgische wantoestanden nog niet kennen: de voorzitter van het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding) in reactie op een klacht wegens discriminatie dat leden van een meerderheid mogen worden gediscrimineerd.

Het artikel:
Hetero Jan Van Gucht (53) uit het West-Vlaamse Rekkem heeft een klacht ingediend wegens discriminatie bij de politie van Menen, tegen het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding. «Wegens hun postkaartcampagne met slogan 'vuile hetero'», aldus Van Gucht.
«Ik ben hetero, ik heb dat niet gekozen, ik ben zo geboren en wil daar bijgevolg niet voor uitgemaakt worden. Deze campagne zet aan tot nog meer onbegrip tussen beide groepen. Waar gaat het heen als een antidiscriminatiecentrum, dat ik tot vandaag respecteerde voor het vele goede werk, met zulke 'grapjes' begint», zegt Van Gucht die prompt een klacht indiende.
Jozef De Witte, voorzitter van het Centrum, moet een beetje lachen om de klacht. «Ik meen te mogen zeggen dat ik hier enkele experts in dienst heb die weten wat discriminatie is. Stigmatiseren van een meerderheid hoort daar niet echt bij. Discriminatie is iets dat per definitie een minderheid overkomt.»


Nu ben ik van de juridische kennis van de Heer De Witte tot op heden nog niet onder de indruk gekomen. Het is niet de eerste keer dat De Witte zonder schroom juridische dwaasheden verkondigt. Hij kan zich dat natuurlijk permitteren omdat het aantal goede juristen die iets te zeggen hebben en ook durven zeggen in dit land dun gezaaid is, en degene die aan de tafels van de macht meeëten in plaats van die van de gerechtigheid te dekken de bescherming van de rechtsstaat vaak niet al te nauw nemen. Van "Rule of law, not of men" blijft er in België niet veel meer over.

De beginselen van de rechtsstaat zijn daarbij wel de laatste bekommernis voor De Witte. Hij behoort tot de school van de vakbondslui à la Theo Rombouts ("'Gelijkheidsbeginsel boven vrije meningsuiting'", De Tijd van 27 april 2004) die het opleggen van gelijkheid voorrang geven op de grondwettelijke vrijheid van meningsuiting, vereniging e.d. Uit een uitspraak in het incident-Feryn blijkt dat De Witte de racismewet trouwens ten onrechte een grondwettelijke status geeft - terwijl het juist een gedeeltelijk ongrondwettige wet is (zie http://lvb.net/item/2421: " in een interview met Mathias Danneels en Helena Wilmet in Het Nieuwsblad van 25 februari 2006. Zegt De Witte over Pascal Feryn, de ondernemer die geen allochtone werknemers naar zijn klanten wil sturen: "We hebben hem enkel gevraagd om de grondwet na te leven. Niemand, maar dan ook niemand kan en mag discrimineren op basis van cultuur, huidskleur of religie.").

Maar laat ons even De Witte's jongste uitspraak toetsen. Stigmatiseren van een meerderheid mag dus wel. Ik kan me daar dadelijk wat bij voorstellen. Vrouwen zijn een meerderheid in dit land; die mogen dus volop gediscrimineerd worden, en beledigd net als hetero's. De kiezers van de zelfbenoemde democratische partijen zijn ook een meerderheid; zIj mogen dus gestigmatiseerd worden, die van het Vlaams Belang daarentegen niet. En het zal voor sommigen een opluchting dan wel een ontgoocheling zijn om te vernemen dat de ongelijke behandeling van zwarten onder de apartheid in Zuid-Afrika geen discriminatie was, omdat de zwarten er een meerderheid waren (en zijn). In Brussel zijn sinds kort de Marokkanen in groteren getale dan de Vlamingen. vanaf nu mogen de Vlamingen dus de Marokkanen stigmatiseren in plaats van omgekeerd. En beiden mogen ze vanzelfsprekend haat zaaien tegen de "autochtone" Franstalige Brusselaars, die vooralsnog nog steeds de meerderheid vormen. Of wacht: in Brussel-stad zouden er sinds dit jaar meer allochtonen wonen dan autochtonen. Dat opent natuurlijk perspectieven waarop De Witte allicht niet doelde.

De droevige werkelijkheid is dat deze grootinquisiteur een leerling is van Herbert Marcuse, die de jeugd destijds vergiftigde met zijn idee van partijdige tolerantie: de tegenstanders moeten tot tolerantie verplicht worden, maar zelf mogen we jegens hen intolerant zijn. Er zijn immers "correcte" opvattingen die de voorrang moeten krijgen en "incorrecte" die met alle middelen mogen worden bestreden. Een onpartijdige tolerantie (non-partisan tolerance) hield volgens Marcuse namelijk in dat men de gevestigde waarden en normen intact laat, zodat het volgens hem om repressieve tolerantie ging (H. MARCUSE, Repressive tolerance, 1965, nadien opgenomen in: Robert Paul Wolff, Barrington Moore, jr., and Herbert Marcuse, A Critique of Pure Tolerance, Beacon Press, Boston 1969, pp. 95-137; tekst op http://www.marcuse.org/herbert/pubs/60spubs/65repressivetolerance.htm). Hij aanvaardde alleen een partisan tolerance, die zou zijn "intolerant toward the protagonists of the repressive status quo", of nog "intolerance against movements from the Right, and toleration of movements from the Left". Voor kritiek, zie o.m. A.C. KORS & H.A. SILVERGLATE, "Codes of Silence. Who's silencing free speech on campus - and why", Reason, november 1998.

Dit sluit trouwens aan bij de hele filosofie achter antidiscriminatie- en antiracisme-ideologieën, filosofie die essentieel zelf discriminerend (en dus "racistisch" in de ruime daaraan meestal gegeven betekenis) is, zoals ik elders heb aangetoond (zie de uitgewerkte tekst van mijn Molinarilezing "De fundamenteelste vrijheid: de vrijheid om te discrimineren").

1 opmerking:

Willem Coppenolle zei

Dit is nog maar het topje van de ijsberg, me dunkt. De recente beledigingen tegen Vlamingen op een islam-blog zullen in de context van De Wittes visie ongetwijfeld ook ongestraft blijven (waarbij ik in het midden laat of het wel of niet om een "echte" blog gaat). In praktijk zal De Witte er wel weer "een draai" aan geven...

Laat me duidelijk zijn: vrije meningsuiting is absoluut en wat mij betreft moeten die stellingen effectief vrij kunnen worden geüit. 't Blijft niettemin amusant te zien hoe het CGKR zich in allerlei bochten moet wringen om de inconsequenties en inconsistenties van zijn (doel)stellingen aan elkaar te knopen.

Het is de overheid die in de eerste plaats schuld heeft in het voortbestaan van racisme. Immers, zolang de wetgever zelf erkent dat er minderheden zijn (door hen met allerlei wetten en centra te beschermen bevestigt ze hun bestaan), zullen die minderheden nooit in onze maatschappij kunnen worden opgenomen: het wordt tijd dat de overheid iedereen als burger, individu en mens gaat beschouwen, en niet als onderdeel van een groep, van een meerderheid, of van een minderheid.

De implosie van het CGKR en de wetten waarop het ontstaan van het centrum is gestoeld, nadert. Bovendien versnelt kopman De Witte dit proces nog.

En laat ons nuchter blijven: een centrum tegen discriminatie, dat wordt geleid door mensen met familienamen als Leman en De Witte, is bij voorbaat tot mislukken gedoemd...

 
Locations of visitors to this page