Laudatio S.W. Couwenberg bij de opname in de Europese Eresenaat van de BVSE-UEF,
Antwerpen 4 februari 2007
Hooggeachte vergadering van eresenatoren, waarde kanselier, waarde gelauwerde, dames en heren,
Met professor Wim Couwenberg eren we vandaag een veelzijdig denker, schrijver, (hoog)leraar en doener. Het is een onmogelijke opdracht om zijn vele facetten en rijkgevulde carrière samen te vatten in de voorstelling die ik vandaag maak.
Voor mij is professor Couwenberg zoals U kan vermoeden op de eerste plaats de hoogleraar - met name de hoogleraar staats- en bestuursrecht aan de Erasmus Universiteit van Rotterdam sinds 1976, die zoveel grondproblemen van het constitutionele recht heeft bestudeerd en verhelderd en daarbij steeds naar de politieke wetenschap en wijsbegeerte heeft teruggekoppeld. Weinigen weten nog dat hij na zijn rechtenstudies zijn carrière begon als journalist. Ter zelfder tijd schreef hij zijn doctoraal proefschrift over "Het particulier stelsel", d.i. "De behartiging van publieke belagen door particuliere lichamen", een thema waaraan hij sindsdien ook steeds aandacht is blijven besteden, getuige bv. zijn recente publicaties over de civil society, de burgerlijke samenleving gebouwd door particuliere organisaties van burgers.
Burgerschap is natuurlijk een sleutelwoord in het denken van Wim Couwenberg. Hij heeft niet alleen geschreven over de actieve burger, maar was en is in vele functies en organisaties ook bij uitstek zelf een actieve burger, die zowel voortdurend aan het debat deelnam als participeerde in het concrete politieke werk, onder meer jarenlang in de gemeenteraad van Rotterdam, als partijbestuurslid, en in vele comités en burgerorganisaties, waarvan ik hier graag bij wijze van uitzondering het Algemeen Nederlands Verbond (ANV) noem.
Dit ging steeds gepaard met reflectie over de burgerlijke traditie zowel als de rol van de burger vandaag in de hedendaagse samenleving. Civis mundi, wereldburger, de naam van het tijdschrift dat prof. Couwenberg oprichtte in 1962 - dus reeds 45 jaar geleden - en waarvan hij intussen zowat 200 nummers realiseerde, zal voor altijd ook met zijn persoon geassocieerd blijven.
Wim Couwenberg is echter niet de wereldburger die neerkijkt op kleinere verbanden en minachtend doet over particuliere gemeenschappen; hij heeft steeds het belang van zowel universele menselijke waarden als van particuliere gemeenschappen, instellingen, culturen benadrukt. Men zou kunnen zeggen dat hij steeds de nadruk heeft gelegd op de gelaagdheid van de identiteit van de mensen, op het besef dat wij in concentrische cirkels leven, uitdijend van het individu tot de wereld, maar met groot respect voor al wat zich tussenin bevindt. De enkel-ik-en-de-wereld-filosofie van velen is aan hem niet besteed en ziet hij als een perversie van de liberale waarden.
Bij die concentrische cirkels nemen zowel de Nederlandse natie als Europa in het denken van Wim Couwenberg een bijzondere positie in.
Wat Europa betreft is Wim Couwenberg een van de stemmen die zich nooit heeft neergelegd bij het Ijzeren Gordijn dat Europa in tweeën deelde. In tegenstelling tot vele anderen was hij geen fellow traveller van het real existierender Sozialismus. Het tijdschrift Civis mundi is gestart onder de benaming Oost-West en Couwenberg heeft ook vele publicaties gewijd aan de Oost-West betrekkingen, en praktische uitwisselingen met studenten georganiseerd, ervan overtuigd dat er een Europees-Westerse cultuur bestaat die het christelijke Westen deelt, en waarvan ook de nieuwe lidstaten historisch en actueel deel uitmaken.
Couwenberg heeft zich ook, en de laatste jaren veel nadrukkelijker, bezig gehouden met reflectie over de identiteit van de naties binnen Europa, in het bijzonder de Nederlandse natie. Mag ik nog maar herinneren aan enkele van zijn recente boeken, zoals "Het cultureel tekort van de Europese Unie. Opstellen over cultuurpolitiek en culturele rechten", Nationale identiteit: van Nederlands probleem tot Nederlandse uitdaging", of "Nederlandse en Vlaamse identiteit".
Wim Couwenberg heeft de Nederlandse natie in tegenstelling tot vele landgenoten ook niet opgesloten binnen haar huidige staatsgrenzen, maar de Nederlands-Vlaamse samenwerking steeds gecultiveerd. Als ik me niet vergis is het eerste wat ik zelf van prof. Couwenberg heb gelezen, zijn boek uit 1998 "Nederland en de toekomst van Vlaanderen", maar allicht heb ik in mijn studententijd nog Civis-mundi-artikelen gelezen die ik men niet meer zo precies herinner. Meermaals heeft hij erop gewezen dat van een Europese lotsgemeenschap niet veel kan worden verwacht als Staats-Nederlanders en Vlamingen niet in staat zouden blijken tot nauwere samenwerking. Zo is hij de jongste jaren een voortrekker voor een vernieuwing van de Benelux, nu het Beneluxverdag binnenkort afloopt, en er moet gekozen worden tussen de afschaffing, de voortzetting in de achterhaalde termen van 50 jaar geleden of een nieuw Verdrag uitgaande van de nieuwe verhoudingen in Europa en in de samenstellende delen van de Benelux.
Couwenberg heeft de nationale identiteit vanuit liberaal-democratisch en sociaal perspectief geherthematiseerd in de voorbij decennia waarin dit not done was, politiek incorrect was. Hij heeft voor de meeste anderen het vraagstuk van de verhouding tussen nationale identiteit en multi-etnische samenleving op de discussietafel gebracht, in Civis Mundi van 1981, 25 jaar geleden en 20 jaar voor 11 september. Het heeft hem zolas vaker enige scheldpartijen opgeleverd en het verwijt dat hij de democratische consensus overschreed.
Couwenberg is een auteur die altijd knuppels in het hoenderhok van de zogenaamde democratische consensus van de regentenklasse is blijven gooien. Hij heeft altijd een lans gebroken voor meer burgerparticipatie, voor politieke vernieuwing, voor inclusie van nieuwe stromingen in plaats van uitsluiting ervan. Hoewel hij persoonlijk het tegendeel van het populisme belichaamt, door zijn genuanceerdheid, afkeer van platitudes, fijnzinnigheid, heeft hij altijd beseft dat uitingen van populisme moeten worden gekanaliseerd en niet opgesloten in een cordon sanitaire. Men leze een van zijn vele recente boeken, getiteld "Opstand de burgers - De Fortuyn-revolte en het demasqué van de oude politiek" (2004).
Nog vele andere malen heeft prof. Couwenberg eerder de vinger op de wonde gelegd dan omzeggens alle anderen en problemen aangekaart waarvoor er weinig aandacht was of waarover men liever een collaborerend stilzwijgen bewaarde. Veelzijdig als hij zelf is, heeft hij dat met vele aspecten van de mens, dat wonderbaarlijk wezen gedaan, van het individu tot de wereld en zoals gezegd vooral alles wat daartussen ligt, op het gebied van politiek en instellingen, culturele, sociale maar ook morele vraagstukken. In een politiek-maatschappelijke context waar morele en religieuze aspecten van de mens zozeer verdrongen worden naar de louter individuele privésfeer is hij blijven hameren op het belang dat zij hebben in de samenleving. Welbegrepen levensbeschouwelijke tolerantie, die ethiek en religie als een volwaardig deel van het maatschappelijk leven ziet, heeft hij steeds gezocht en onderzocht, besproken en verdedigd. Het alternatief is, om het met de titel van een van zijn allereerste boeken te zeggen, "De vereenzaming van de moderne mens - een nieuwe formulering van het sociale vraagstuk". De eerste uitgave ervan dateert van 1955. Is er nog meer nodig ten bewijze van de vooruitziendheid van Wim Couwenberg ?
maandag, februari 05, 2007
Abonneren op:
Posts (Atom)