Zoals te verwachten viel, kreeg ik op mijn vorig stukje ("Een oproep "Kauf nicht bei Juden" uitgezonden door de KU Leuven") uitgesproken reacties van zowel goedkeuring als kritiek. Die laatste noopt mij tot enkele verduidelijkingen.
1. De kritiek die ik richt is een kritiek aan de Universiteit, niet aan de eredoctores. Eenieder heeft de vrijheid om op te roepen tot boycots, maar het is totaal misplaatst dat de universiteit dit uitzendt op het patroonsfeest. Daarom heb ik dit geschreven. Ik spreek me ook niet uit over de verdiensten van de eredoctores, maar wel over de vraag of zij omwille van wetenschappelijke verdiensten geëerd werden en mochten geëerd worden.
2. Degene die van dhimmitude beschuldigd wordt is dus de Universiteit. Dé gelegenheid voor waardering van wetenschappelijke verdiensten, het patroonsfeest, wordt exclusief voorbehouden aan verdiensten in het kader van de "diversiteit" en die "diversiteit" wordt uitsluitend ingevuld als lof voor gematigde moslims of zij die verzoening met de islam nastreven. Opnieuw: mijn kritiek geldt enerzijds de wijze waarop de universiteit wetenschappelijke verdienste invult (diversiteit is wel zowat het meest wezelachtige woord vandaag) en anderzijds de wel zeer eenzijdige kijk op diversiteit.
- Als het om "diversiteit" gaat vrees ik dat we van andere grote culturen misschien meer te leren hebben, of van denkers die consequent de diversiteit aan opinies verdedigd hebben of de godsdienstvrijheid. Als het geen wetenschappers moeten zijn, maar voorvechters van de diversiteit kan men misschien denken aan de voorvechters van christelijke en andere religieuze minderheden, aan verdedigers van mensen die van godsdienst veranderd zijn, enz. An Na'im geef ik hierbij overigens het voordeel van de twijfel, omwille van zijn pleidooi voor het afschaffen van het dhimmi-statuut (maar dat zegt dan toch veel over de islam: zou men een katholieke jurist een eredoctoraat geven omdat hij vindt dat niet-katholieken in de staat misschien toch wel dezelfde rechten moeten krijgen ?).
- Wetenschappers die kritisch zijn ten aanzien van de islam worden grotendeels geweerd op de Universiteit en zullen omzeggens nooit een eredoctoraat krijgen. Nochtans zijn hun wetenschappelijke verdiensten vaak veel groter dan van politiek passende eredoctores; maar zij hebben blijkbaar niet de "politieke verdiensten" waar het om gaat. Als men personen wil eren voor hun wetenschappelijke studie van de islam is er nochtans een behoorlijk grote keuze vandaag, zelfs in allerlei gradaties van islamofilie tot islamofobie. Denken we maar aan Patricia Crone, Karl-Heinz Ohlig, Gerd Puin, Christoph Luxenberg, Volker Popp, Alfred-Louis de Prémaré, Mondher Sfar, E.P. Marie-Edouard Gallez (O.P.), Marie-Thérèse Urvoy, Hans Jansen, Dan Diner, een arabische christen als Samir Khalil Samir (s.J.) of een moslim als Muhammad Kalisch,
- Als het om wetenschappelijke denkers van de diversiteit moet gaan, is er ook keuze, zelfs met specifieke interesse voor de Arabische wereld, bv. Rémi Brague (3), Giovanni Reale,Bassam Tibi (de moslimprofessor die het begrip Leitkultur ontwikkelde), enz.
NB. De wetenschappelijke oriëntalistiek is aan de KU Leuven de jongste jaren overigens bijna volledig (ik zeg dus niet: volledig) in de hoek geduwd en vervangen door islamitische en andere "studies" (een woord dat meestal moet verhullen dat het niet om wetenschap gaat maar om een hutsepotje van al dan niet praktische weetjes voor zover het al niet om politiek correcte verhalen gaat).
3. Als ik het had over een zogenaamde filosofie professor, slaat dat vanzelfsprekend niet op het feit dat prof. Nusseibeh geen filosofieprofessor zou zijn, maar op het feit dat de motieven waarvoor hij een eredoctoraat kreeg niets met zijn filosofisch werk te maken hebben (dat wel degelijk bestaat, al is het de laatste 10 jaar bij mijn weten een heel stuk beperkter - en buiten zijn arabische publicaties die ik niet kan checken op filosofisch vlak omzeggens alleen een (overigens interessante) lezing gaf over geloof, geweld en rede in antwoord op de Regensburgse toespraak (2) van paus Benedictus XVI).
4. De boycotoproep betreft wel degelijk zowel de economische, politieke, academische als culturele contacten met Israël. Vermits het ook om een economische boycot gaat is de toespeling "Kauf nicht bei Juden" niet misplaatst. De meeste arabische landen praktiseren al decennia niet zomaar een boycot van Israël maar een boycot van joodse ondernemingen. Iedereen weet dat er vele economisch banden zijn tussen Israël en de joden elders. Ter vergelijking: roep eens op tot een boycot van alle moslimlanden ter wereld en leg dan maar uit aan de media dat je niet oproept tot een boycot van de moslims.
5. Wat de standpunten van Nusseibeh over het "recht op terugkeer" van alle afstammelingen van Palestijnen uit Israël naar Israël betreft kort het volgende (4). Nusseibeh stelt dat er een onvervreemdbaar "recht op terugkeer" bestaat voor al die afstammelingen van diegene die in 1948 of later verdreven of gevlucht zijn, maar dat het politiek verstandiger is om toch maar van dat recht afstand te doen in ruil voor de zekerheid van een Palestijnse staat (twee-staten-oplossing) en een speciaal (binationaal) statuut voor Jeruzalem. Dat is vergeleken met de standpunten van andere Palestijnen inderdaad een gematigd standpunt. Maar naar onze maatstaven kan dit toch niet zo bijzonder zijn ? Omnis comparatio claudicat, maar toch:
- beschouwen wij Grieken die zouden akkoord gaan om het Westen van Aziatisch Turkije niet terug in meerderheid met Grieken te bevolken mits Istanbul/Constantinopel een binationaal statuut zou krijgen, als bijzonder gematigde Grieken ?
- beschouwen wij Duitsers die bereid zijn om de Poolse inlijving van een kwart van Duitsland te aanvaarden als bijzonder gematigde Duitsers ?
- beschouwen wij de Indiërs die bereid zijn de onafhankelijkheid van Pakistan en Bangla Desh te erkennen en af te zien van de terugkeer van miljoenen verdreven Hindoes als bijzonder gematigde Indiërs ?
(1) Violence: Rationality and Reasonableness, (http://sari.alquds.edu/papal_polemics.htm)
(2) "Glaube, vernunft, Universität", http://www.oecumene.radiovaticana.org/ted/Articolo.asp?c=94864. Zie ook mijn "Glossen bij een regensburgse rede", http://vlaamseconservatieven.blogspot.com/2006/09/glossen-bij-een-regensburgse-rede.html
(3) Zie mijn laudatio Rémi Brague, http://vlaamseconservatieven.blogspot.com/2009/02/laudatio-remi-brague.html
(4) Of mijn samenvatting correct is kan men beoordelen mits lezing van zijn bijdrage "Final Status: Jerusalem and Retrun", op http://www.bakerinstitute.org/publications/Final_Status1.pdf/view
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
Matthias,
ik ben in grote lijnen het met je eens op één niet onbelangrijke uitzondering.
Maak je geen denkfout wanneer je kritiek op het beleid van de seculiere staat Israël gelijkstelt met antisemitisme ("Kauf nicht bei Juden")? Me dunkt dat ofwel de twee gescheiden zijn en het ene dus niet automatisch leidt naar het andere ofwel Israël geen democratische seculiere staat is die streeft naar gelijkwaardigheid in burgerschap voor al haar onderdanen. In het laatste geval is ze niet meer dan theocratie zoals er in die regio wel meer zijn en wordt de Amerikaanse retoriek over steun aan de enige democratie in de regio daarmee ongeldig.
Voor alle duidelijkheid: dit is een vraag, geen stelling. Ik kijk uit naar je antwoord.
Natuurlijk is niet elke vorm van kritiek op Israël antijudaïsme (een m.i. duidelijker term dan antisemitisme). Maar het is nu eenmaal zo dat Israël het enige land is waar de joden in de meerderheid zijn en dus als "thuisland" kan gelden, iets waar het joodse volk gezien zijn geschiedenis terecht een bijzonder belang hecht.
Wat het tweede punt betreft zijn we het niet eens vrees ik: een staat die niet volkomen etnisch-cultureel neutraal is, is daarom nog geen theocratie. Voor zover er hoe dan ook een etnisch-culturele neutrale staat bestaat of althans kan overleven.
Wanneer Israël een "joodse én democratische" staat is, is er tussen die twee termen dus wel een spanningsveld, maar geen contradictie of onverzoenbaarheid.
Een reactie posten